Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

B14-B

Maten, gewichten en munten (deel 2)

Munten en gewichten in de Hebreeuwse Geschriften

Gera (1/20 sikkel)

0,57 g

10 gera = 1 beka

Beka

5,7 g

2 beka = 1 sikkel

Pim

7,8 g

1 pim = 2/3 sikkel

Sikkelgewicht

Sikkel

11,4 g

50 sikkels = 1 mine

Mine

570 g

60 minen = 1 talent

Talent

34,2 kg

Dariek (Perzisch, goud)

8,4 g

Ezra 8:27

Munten en gewichten in de christelijke Griekse Geschriften

Lepton (Joods, koper of brons)

1/2 quadrans

Lukas 21:2

Quadrans (Romeins, koper of brons)

2 lepta

Mattheüs 5:26

Assarion (Rome en provincies, koper of brons)

4 quadrans

Mattheüs 10:29

Denarius (Romeins, zilver)

64 quadrans

3,85 g

Mattheüs 20:10

= 1 dagloon (12 uur)

Drachme (Grieks, zilver)

3,4 g

Lukas 15:8

= 1 dagloon (12 uur)

Didrachme (Grieks, zilver)

2 drachmen

6,8 g

Mattheüs 17:24

= 2 daglonen

Tetradrachme van Antiochië

Tetradrachme van Tyrus (zilveren sikkel van Tyrus)

Tetradrachme (Grieks, zilver; ook zilveren stater genoemd)

4 drachmen

13,6 g

Mattheüs 17:27

= 4 daglonen

Mine

100 drachmen

340 g

Lukas 19:13

= c. 100 daglonen

Talent

60 minen

20,4 kg

Mattheüs 18:24

Openbaring 16:21

= c. 20 jaarlonen

Pond (Romeins)

327 g

Johannes 12:3

‘Een pond geurige olie, echte nardusolie’