B1
De boodschap van de Bijbel
Jehovah God heeft het recht om te regeren. Zijn manier van regeren is de beste. Wat hij van plan is met de aarde en de mensheid zal gerealiseerd worden.
Na 4026 v.Chr. ‘De slang’ trekt Jehovah’s recht om te regeren en zijn manier van regeren in twijfel. Jehovah belooft een ‘nageslacht’ of ‘zaad’ dat uiteindelijk de slang, Satan, zal verbrijzelen (Genesis 3:1-5, 15, vtn.). Maar Jehovah geeft mensen de tijd om zichzelf te regeren onder invloed van de slang. |
1943 v.Chr. Jehovah vertelt Abraham dat het beloofde ‘nageslacht’ een van zijn nakomelingen zal zijn (Genesis 22:18). |
Na 1070 v.Chr. Jehovah verzekert koning David en later zijn zoon Salomo dat het beloofde ‘nageslacht’ via hun afstammingslijn zal komen (2 Samuël 7:12, 16; 1 Koningen 9:3-5; Jesaja 9:6, 7). |
29 n.Chr. Jehovah maakt duidelijk dat Jezus het beloofde ‘nageslacht’ is, de Erfgenaam van Davids troon (Galaten 3:16; Lukas 1:31-33; 3:21, 22). |
33 n.Chr. De slang, Satan, schakelt het beloofde ‘nageslacht’ korte tijd uit door Jezus te laten doden. Jehovah wekt Jezus op tot leven in de hemel en aanvaardt de waarde van zijn volmaakte leven. Zo wordt de basis verschaft voor vergeving van zonden en om Adams nakomelingen eeuwig leven te geven (Genesis 3:15; Handelingen 2:32-36; 1 Korinthiërs 15:21, 22). |
Circa 1914 n.Chr. Jezus werpt de slang, Satan, naar de aarde, waar hij voor een korte tijd in zijn vrijheid beperkt is (Openbaring 12:7-9, 12). |
De toekomst Jezus sluit Satan voor 1000 jaar op en vernietigt hem dan. Zo verbrijzelt hij symbolisch zijn kop. Wat Jehovah oorspronkelijk van plan was met de aarde en de mensheid wordt gerealiseerd, zijn naam wordt van smaad gezuiverd en zijn manier van regeren wordt gerechtvaardigd (Openbaring 20:1-3, 10; 21:3, 4). |