Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

LIED 52

Mijn opdracht

Mijn opdracht

(Hebreeën 10:7, 9)

  1. 1. Mijn Vader, ik ben u dankbaar

    voor wat u hebt gemaakt.

    Ik zag uw hand in de natuur,

    dat heeft me echt geraakt.

    Toen wist ik: u bent mijn Maker,

    maar u werd zelfs mijn Vriend.

    Ik wil u graag dienen voor altijd,

    dat is iets wat u verdient.

  2. 2. Ik volg het voorbeeld van Jezus,

    hij heeft uw wil gedaan.

    En bij zijn doop sprak hij tot u

    en zei: ik bied mij aan.

    Toen klonk uw stem uit de hemel,

    uw Zoon ontving uw geest.

    Hij diende u trouw en is altijd

    gehoorzaam aan u geweest.

  3. 3. Ik sta nu voor u, Jehovah,

    op deze mooie dag.

    Ik kan haast niet geloven dat

    ik uw naam dragen mag.

    Uw liefde blijft me verbazen

    en ik beloof vol vuur:

    Ik leef nu niet langer voor mezelf,

    ik leef elke dag voor u.