LANDEN EN VOLKEN
Een bezoek aan Nieuw-Zeeland
WAARSCHIJNLIJK zo’n 800 jaar geleden maakten Maori-stammen een oceaanreis van duizenden kilometers en vestigden ze zich in Nieuw-Zeeland. Ze troffen daar een land aan dat totaal anders was dan de tropische eilanden van Polynesië die ze hadden achtergelaten: er waren bergen en gletsjers, warmwaterbronnen en sneeuw. Ongeveer vijf eeuwen later arriveerden er andere kolonisten, deze keer uit het verre Europa. Tegenwoordig kennen de meeste Nieuw-Zeelanders de gebruiken van zowel Angelsaksische als Polynesische oorsprong. Bijna 90 procent van de bevolking woont in de stad. Wellington is de meest zuidelijk gelegen hoofdstad in de wereld.
Door de diverse en spectaculaire landschappen is het niet vreemd dat Nieuw-Zeeland ondanks de relatief afgelegen ligging elk jaar wel drie miljoen toeristen trekt.
Nieuw-Zeeland heeft een eigenaardige verzameling wilde dieren en meer soorten loopvogels dan waar maar ook. Het is ook het woongebied van de tuatara of brughagedis, die wel 100 jaar oud kan worden! De enige inheemse zoogdieren zijn een paar soorten vleermuizen en enkele grote zeezoogdieren, waaronder walvissen en dolfijnen.
Jehovah’s Getuigen zijn al bijna 120 jaar actief in Nieuw-Zeeland. Ze geven Bijbelles in minstens 19 talen, waaronder de Polynesische talen Niueaans, Rarotongaans, Samoaans en Tongaans.