Wist je dit?
Wat is er na de tijd van Jona met Ninevé gebeurd?
ROND de zevende eeuw v.Chr. was Assyrië het grootste rijk ter wereld. Het ‘strekte zich uit van Cyprus in het westen tot Iran in het oosten en omvatte op een gegeven moment zelfs Egypte’, aldus het British Museum Blog. Ninevé, de hoofdstad van het rijk, was de grootste stad ter wereld. Er waren grote monumenten, spectaculaire tuinen, indrukwekkende paleizen en uitgebreide bibliotheken. Wandreliëfs uit het oude Ninevé laten zien dat Assurbanipal zich ‘koning van de wereld’ noemde, net als andere koningen van Assyrië. In die tijd leken Assyrië en Ninevé onoverwinnelijk.
Maar in de bloeitijd van het Assyrische Rijk voorspelde de profeet Zefanja over Jehovah: ‘Hij zal (...) Assyrië vernietigen. Hij zal van Ninevé een woestenij maken, zo dor als een woestijn.’ En Jehovah’s profeet Nahum voorspelde: ‘Plunder zilver, plunder goud! (...) De stad is leeg, verlaten, verwoest! (...) Iedereen die je ziet zal van je wegvluchten en zeggen: “Ninevé is verwoest!”’ (Zef. 2:13; Nah. 2:9, 10; 3:7) Bij het horen van die profetieën zullen mensen hebben gedacht: Is dat echt mogelijk? Kan het machtige Assyrië ooit veroverd worden? Zoiets moet onvoorstelbaar hebben geleken.
Maar het ondenkbare gebeurde! Aan het eind van de zevende eeuw v.Chr. was Assyrië veroverd door de Babyloniërs en de Meden. Uiteindelijk werd Ninevé verlaten en raakte de stad in de vergetelheid. ‘Tegen de middeleeuwen’, zo staat in een publicatie van het Metropolitan Museum of Art in New York, ‘waren de resten van het verlaten Ninevé verdwenen onder het stof en was de stad alleen nog bekend van de Bijbel.’ Aan het begin van de negentiende eeuw ‘wist zelfs niemand of de grote hoofdstad van Assyrië wel echt had bestaan’, aldus het Biblical Archaeology Society Online Archive. Tot de archeoloog Austen Henry Layard in 1845 voor het eerst de ruïnes opgroef. De opgravingen getuigden van Ninevé’s glorie in het verleden.
De nauwkeurige vervulling van de profetieën over Ninevé versterkt onze overtuiging dat de Bijbelse profetieën over het einde van de politieke machten in deze tijd zullen uitkomen (Dan. 2:44; Openb. 19:15, 19-21).