18 FEBRUARI 2019
DUITSLAND
Tentoonstelling in München over nazivervolging van Jehovah’s Getuigen
Van 26 september 2018 tot en met 6 januari 2019 werd in het Documentatiecentrum over de Geschiedenis van het Nationaalsocialisme een speciale tentoonstelling gehouden om de aandacht te vestigen op de ervaringen van Jehovah’s Getuigen tijdens het naziregime. Het documentatiecentrum staat in München, op de plek van het voormalige hoofdkwartier van de nazipartij.
Tijdens de openingsceremonie gaf Hans-Georg Küppers, cultureel adviseur van de stad München, uitleg over de reden voor de tentoonstelling: ‘Deze tentoonstelling is belangrijk omdat de vervolging van Jehovah’s Getuigen door het naziregime heel lang niet werd erkend. (...) Het doel van deze tentoonstelling is om publiek bewustzijn te creëren over wat er met deze [slachtoffers] is gebeurd.’
Het historische verslag van wat onze broeders en zusters in München onder het naziregime hebben meegemaakt, werd weergegeven op 60 panelen vol verhalen over moed, trouw en overleving. Eén paneel vertelde het verhaal van Martin en Gertrud Pötzinger (Poetzinger), die maar een paar maanden na hun huwelijk werden gearresteerd en naar verschillende concentratiekampen werden gestuurd. Ze zagen elkaar negen jaar niet. Beiden overleefden het, en broeder Pötzinger diende later als lid van het Besturende Lichaam van Jehovah’s Getuigen.
Een ander paneel ging over het verhaal van Therese Kühner, die in 1929 een van Jehovah’s Getuigen werd (toen bekend als Internationale Bijbelonderzoekers). Toen de Getuigen in Duitsland werden verboden, werden er in haar huis geheime religieuze bijeenkomsten gehouden. Ook drukte ze in het geheim lectuur van de Getuigen met een stencilmachine die ze met de hand bediende. Toen de nazi’s haar activiteiten ontdekten, werd ze gearresteerd en beschuldigd van ‘het publiceren en verspreiden van lectuur die tegen de staat was en van het demoraliseren van de troepen’. Zuster Kühners trouw nam niet af, zelfs niet toen ze met de dood werd geconfronteerd. Ze werd op 6 oktober 1944 terechtgesteld.
Andere displays lieten het politiek neutrale standpunt van onze broeders en zusters uitkomen. Ze weigerden de Hitlergroet te brengen, wat hen tot het speciale doelwit maakte van de meedogenloze haat van het regime.
In 1934 zwoer Hitler dat hij Jehovah’s Getuigen zou vernietigen: ‘Dit gebroed zal in Duitsland worden uitgeroeid!’ Tijdens zijn poging om dit duistere voornemen uit te voeren, werden de Getuigen wreed vervolgd. Hitler en zijn partij bestaan niet meer, maar het aantal Getuigen in Duitsland is nu meer dan 165.000. Onze dank gaat uit naar Jehovah, die onze beproevingen verandert in een hoop die ‘niet op een teleurstelling uitloopt’ (Romeinen 5:3-5).