IS HET ONTWORPEN?
De V-houding van het koolwitje
Voordat een vlinder kan wegvliegen, moeten zijn vliegspieren opgewarmd worden. Daarvoor vertrouwt hij op de warmte van de zon. Maar op bewolkte dagen kunnen koolwitjes eerder opstijgen dan andere vlinders. Hoe is die voorsprong te verklaren?
Wetenswaardigheid: Veel soorten vlinders gaan voordat ze opstijgen ‘zonnebaden’, met gesloten of met horizontaal gespreide vleugels. Maar het koolwitje houdt zijn vleugels in een V-stand, waarbij elke vleugel in een hoek van ongeveer 17 graden staat ten opzichte van de gesloten stand — volgens onderzoek de optimale hoek. Door die V-houding wordt zonne-energie rechtstreeks naar de vliegspieren in het borststuk van de vlinder geleid. Zo worden de spieren opgewarmd om te kunnen vliegen.
Wetenschappers van de Universiteit van Exeter (Engeland) hebben onderzocht of ze zonnepanelen efficiënter konden maken door bij het ontwerp de V-houding van het koolwitje na te bootsen. Door dat te doen nam de hoeveelheid geproduceerde energie met bijna 50 procent toe.
Het viel de wetenschappers ook op dat het oppervlak van de vleugel van het koolwitje sterk reflecterend is. Door de V-houding en de reflecterende vleugelstructuur na te bootsen konden ze lichtere en efficiëntere zonnepanelen ontwikkelen. Naar aanleiding van die resultaten noemde professor Richard ffrench-Constant, lid van het onderzoeksteam, het koolwitje ‘een expert in het opnemen van zonne-energie’.
Wat denkt u? Is de V-houding van het koolwitje het resultaat van evolutie? Of van ontwerp?